Salamis is het noordelijkste van de eilanden in de Saronische Golf, gelegen onder de rook van Pireaus en Athene en het heeft een oppervlakte van 96 km2 met een inwoneraantal van ongeveer 31.000. Het ligt slechts 830 m van de kust van het vasteland.
Het grootste eiland van de ArgoSaronische Archipel ligt 830 m van het vasteland. Het hoogste punt van het eiland is de 400 m hoge Mavrovouni, verder is Salamis rotsachtig en kaal omdat de vroegere sparrebomen geheel zijn gekapt voor de woningen en boten.
De in het midden liggende Mavrovouni kijkt fraai neer op Koulouri, de hoofdstad van Salamina. Op enkele Byzantijnse kerkjes na zoals de 10de-eeuwse Áyos Grigórios en de Áyos Dhimitrios, waar KaraïskÁkis in 1827 na de slag bij FÁlero tijdelijk begraven werd en de Panayia tau Katharou uit de 17de eeuw heeft het eiland niets te bieden.
Salamina's enige grote bezienswaardigheid is het zeer fraai gelegen Faneroméniklooster op het schiereiland Voudoro in het uiterste westen met een prachtvolle Byzantijnse inrichting.
Verder is Salamis vooral een toevluchtsoord geworden voor veel inwoners van Athene die her en der een tweede huis hebben gebouwd, alleen het zuidwestelijk deel van het eiland is het nog relatief ongerept.
Het dorp Moulki is gebouwd op de plaats van het antieke Eantio, de geboorteplaats van de mythische held Ajax. Niet ver hiervandaan liggen een paar fraaie zandstranden. Op de plaats van het antieke Slamina ligt Ampelakia, voor de kust liggen de ruïnes van de oude stad en de resten van een oude akropolis.
Oorspronkelijk werd Salamis vermoedelijk door Foeniciërs bewoond maar later kwam het eiland onder de heerschappij van Aegiria. Daarna was het wisselend in handen van de Atheners of de Perzen maar door een historische zeeslag in 480 v.Chr. werden de Perzen definitief verslagen.