Tenerife, het grootste eiland van de Canarische Eilanden is ruwweg 90 km lang en varieert in breedte van 15 tot 50 kilometer. Het eiland heeft een oppervlakte van 2057 km2 en is van vulkanische oorsprong, de laatste uitbarsting dateert van 1909.
Het noordelijke deel van het eiland is groen en vruchtbaar omdat er meer regen valt dan in het droge zuiden. Het berglandschap dat van het noordoosten naar het zuidwesten over het eiland loopt is hier de oorzaak van. Het zuiden ligt in de regenschaduw van de bergen met als gevolg dat het daar vaak zonnig en droog is. Hier liggen dan ook populaire vakantiebestemmingen als Playas Las Américas en Los Christianos met hun vele massale hotels en appartementencomplexen die kilometers lang de skyline beheren.
De oorspronkelijke stranden zijn zwartgekleurd door het vulkanische zand maar vaak worden er stranden met lichtgekleurd zand voor de toeristen aangelegd. Verspreid over de kust liggen nog een aantal kiezelstranden maar de rest van het eiland heeft rotsachtige kusten met steile kliffen.
Midden op Tenerife ligt de caldera Las Cañadas, een groot nationaal park dat gemiddeld op 2000 meter hoogte ligt met een doorsnede van 14 kilometer. In deze caldera vindt men vele kegelvormige vulkanen met als middelpunt de vulkaan El Teide, tevens de hoogste berg van Spanje (3718 meter), andere hoge toppen van Las Cañadas zijn o.a. de Pico de Viejo (3135 meter) en de Guajara (2717 meter).
Las Cañadas bestaan uit uiteenlopende rotsformaties en kilometers brede lavavlakten met soms metershoge basaltblokken. Bizarre verschijningen vormen de rotsformaties van Los Roques, Los Azulejos en de Zapato de la Reina. Vanuit deze Caldera lopen indrukwekkende canyonachtige kloven, ook wel 'barrancos' genaamd, naar de kust.